woensdag 17 september 2008

Lopen op de Copacabana - Deel 1

Het leven is zwaar in een hotel op de Copacabana. Terwijl buiten de auto's voorbij razen en het ruisen van de zee overstemmen, vraag ik mij af hoe ik deze dag verder door zal komen. Voor het tweede deel van het congres hebben we ons immers verplaatst van badplaats Buzios naar de metropool Rio de Janeiro. De helft van de reisdag gaat verloren aan het verplaatsten en de andere helft moet je dan maar zien hoe je je vermaakt.

Wie aan Rio denkt denkt immers aan prachtige witte stranden die het schitterende zonlicht als een spiegel reflecteren. Niets is minder waar op dit moment: het is winter in Rio, de zon verschuilt zich achter grijze regenwolken, de wind blaast als een kleine storm over de boulevards en dientengevolge is het strand volledig verlaten. Volledig verlaten? Nee, een dappere loper trotseert het weer en de wind en maakt dankbaar gebruik van de stilte op het strand. Uitgedaagd door deze dappere loper, rest mij niets anders dan de stoute (hardloop)schoenen aan te trekken om Rio de Janiero te voet te gaan verkennen.

Eerder heb ik de kans laten lopen om te genieten van wuivende palmen op hagelwitte stranden. Dat zal me deze keer niet weer gebeuren. De schoenen zaten als eerste in de koffer en voor een korte hardloopbroek met een loophemdje is altijd nog wel een plaatsje in de handbagage. Bijkomend voordeel van deze outfit is dat het voor potentiële straatdieven meteen duidelijk is dat er erg weinig te halen valt. Ik verlaat het hotel via de lobby en steek de Avenida Atlantica over. Het autoverkeer lijkt zich weinig aan te trekken van het regenachtige weer. Gelukkig ligt er naast de weg, parallel aan de boulevard, een prachtig fietspad. Borden geven aan dat ook hardlopers geacht worden hiervan gebruik te maken en zo het flanerend volk op de boulevard niet voor de voeten te lopen. Omdat er geen mens te zien is, kies ik toch voor de in mozaik bestraatte wandelboulevard, vooral omdat het fietspad een irritante helling naar de zeekant heeft. Het eerste orientatiepunt dat me opvalt is de Morro do Leme, met daar links van de beroemde Suikerbroodberg. Geen idee hoe ver het is, maar het lijkt allemaal vrij dichtbij. Het fietspad blijkt overigens elke 100 meter gemarkeerd te zijn en als ik beide getallen optel kom ik op 3200 meter. Ik heb mijn horloge niet om, maar de straatklokken aflezend arriveer ik een kwartiertje later bij mijn keerpunt. Ik draai rechtsaf het strand op en begeef me richting de kustlijn.



Zand is zand, zou je denken. Maar het strandzand op de Copacabana blijkt van een fijnere kwaliteit te zijn dan wat ik gewend ben van de stranden bij Wassenaar en Katwijk. En met "fijner" bedoel ik dan niet "prettiger", integendeel. Zelfs al loop ik zo ongeveer bijna door het water, ik blijf centimeters wegzakken bij iedere stap. Goede krachttraining, zou Ed zeggen. Een meevaller is dat de regen inmiddels verdwenen is. Het strand blijft er echter verlaten bij liggen. Links van me zie ik een achtergelaten fles zonnebrand, zo'n bruine met factor 25. Ik vraag me af hoe lang deze er al ligt. Bij een temperatuur van 17 graden is er immers geen Braziliaan die zich op het strand waagt, laat staan zich insmeert met factor 25. Even verderop ruimen duiven (en geen meeuwen dus) de laatste eetbare resten van het strand. Het zand wordt zwaarder en zwaarder. Gelukkig komt het fort in zicht en kan ik het strand weer bijna verlaten. Vlakbij strandtent "Green Camp", welke gekgenoeg in Coca Cola rood uitgevoerd is, tref ik een opgang en krijg ik weer vast grond onder de voeten.



Maar dat is niet voor lang. Een kleine kilometer verder begint het strand van Ipanema, overbekend van het liedje "Garota de Ipanema" / "The Girl from Ipanema". Ook hier weer verlaten stranden. Accomodaties voor strandvolleybal liggen er verlaten bij en geen Romario's en Ronaldo's die hun voetbalkunsten vertonen. Halverwege het strand zijn werkers bezig met het herstellen van "duingebied". Stel je er niet teveel bij voor. Het stukje strand wat tegen de promenade aanligt wordt beplant met palmen en opgehoogd met zand. Een soort kleine oase in de woestijn. Plots stuit ik op een kanaal. Eerst denk ik van afstand er nog wel overheen te kunnen springen, maar bij aankomst blijkt het een serieuze geul te zijn die Ipanema scheidt van Leblon. Een mooi moment om om te draaien en over de boulevard terug te lopen richting de Copacabana. Dan blijk ik slechts één van de zeer weinige te zijn die zo gek was om over het strand te lopen. Vele renners bewegen zich voort over de verharde stoep langs het strand. Dit daagt me weer een beetje uit om wat snelheid te maken. De terugweg gaat daardoor een stuk vlotter. Ik draai linksaf de straat van het hotel in en loop bezweet en wel langs de receptie van het hotel de lift in. Ik hoef maar naar de 3e etage, maar voor vandaag is het genoeg geweest.

Geen opmerkingen: